17e
editie Southern Blues Night
in de boeken als muzikaal een van de beste edities.
Het is vrijdagavond 15 maart en
tijd voor de 17e editie van de Southern Blues Night. Traditiegetrouw
vindt deze altijd plaats in de Schouwburg van Heerlen. En net zoals
alle andere jaren zijn er weer veel bluesliefhebbers op dit evenement
afgekomen. Als ik er een grove schatting op los mag laten dan zijn er
zo'n 1.500 tot 1.600 bezoekers naar het grootste indoor bluesfestival
van Nederland gekomen. Dat verbaasd me eigenlijk totaal niet gezien de
sterke line-up die over drie podia verdeeld de avond vol zal spelen met
een diversiteit aan bluesstijlen.
David
Philips.
In het DSM theatercafé worden we verwelkomt door de warme en heldere
stem van David Philips. Deze singer/songwriter is leuk, spelend op zijn
gitaar trekt hij redelijk wat geïnteresseerde die deze avond
gekomen zijn voor dit prachtige festival. En met de vertolking van
“Freedom” van George Michael, wel een hele eigen interpretatie naar
mijn idee, is dit een leuke kick off voor een wat bijzonder avond lijkt
te worden. (JB)
Khalif
Wailin’ Walter.
Voor Khalif Wailin’ Walter zal the Southern Blues Night nog wel een
tijdje in zijn geheugen gegrift staan, want het zat hem die dag niet
bepaald mee. Eerst meldde zijn vaste organist Mo Fürhop (o.a. Henrik
Freischlader Band) zich af na een fietsongeluk, later kreeg Khalif zelf
een lekke band op weg naar de studio van de Lokale Omroep Stein. Op het
podium van de Limburgzaal was daar gelukkig niks van te merken en
bracht het overgebleven trio dat naast Khalif bestond uit Daniel Hopf,
bas en Alex Lex op drums, een dampende set van Blues, Rock, Boogie en
Funk. Al deze stijlen kwamen deze avond voor bij en zorgden er voor dat
de temperatuur in de zaal al snel op liep. Het is nu eenmaal moeilijk
stil staan op nummers als ‘Let ‘em In’, de boogie ‘Chost Train’, de
stevige meezinger ‘Big Bootyed Woman’ of het funky ‘She Put The Voodoo
On Me’. De tegenwoordig in Essen (Dld) woonachtige gitaarbeul heeft
zijn roots in Chicago, leerde het ‘vak’ van o.a. zijn oom Carl
Weathersby (SBN 2011), maar trok daar uit ongenoegen weg omdat hij het
zat was om iedere avond op verzoek dezelfde standards’ te spelen. Dit
verwoorde hij treffend in ‘I Got My Own Kinda Groove’, dat ook deel uit
maakte van zijn setlist. In Europa kan hij zijn eigen ding doen en dat
is niet gering zoals deze avond bleek. Alweer een prima optreden dat in
mijn geheugen gegrift zal staan. (HL)
Hans
Theessink & Terry Evans.
Dit geweldige en sympathieke duo is muzikaal heel vlot, de zaal loopt
al gauw vol met liefhebbers van dit iets rustigere genre. Een mix van
Southern Blues en country. Met het nummer: ‘Females Don’t Let
A Good’ proef je de harmonie tussen de twee gitaar spelende kanjers
afgewisseld met vrolijke harp geluiden. Dat wordt ook beloont door de
toeschouwers, zeer genegen om te blijven luisteren als ook de
toegankelijkheid maar vooral muzikale souplesse die Hans en Terry ten
toon spreiden, vooral tijdens een nummer van Wilson Picket “Don’t Let
The Green Grass Fool You'. Misschien niet van iedere toeschouwer zijn
of haar ‘ding’ maar ik word er heel vrolijk van. (JB)
Mathieu
Pesqué & Roll Pignault.
In het Theatercafé mogen Mathieu Pesqué en Roll Pignault als 2e act
voor het voetlicht treden. De 2 sympathieke Fransen zijn in Nederland
slechts bekend bij een beperkt aantal insiders en hun optreden op the
Southern Blues Night zou wel eens voor een doorbraak hier in den lande
kunnen zorgen. Het was dan ook bijzonder sneu voor hen dat hun optreden
gedeeltelijk samen viel met dat van Mud Morganfield, die al ver van
tevoren de zaal deed volstromen. Zij die er wel bij waren konden
genieten van twee gedreven muzikanten die zo erg in hun spel opgingen
dat het wel leek alsof ze in trance geraakten. Vooral Roll leek af en
toe hogere machten aan te roepen, wat resulteerde in loepzuivere hoge
tonen die hij uit zijn assortiment mondharmonica’s wist te toveren. Het
zijn niet alleen traditionals als ‘Stagg o Lee’, ‘Last Fair Deal Going
Down’ (Robert Johnson) of ‘Heart Of Gold’ (Neil Young) en ‘The Times
They Are A Changing’ (Bob Dylan), die op geheel eigen wijze vertolkt
worden, maar ook eigen nummers als: ‘Let’s Go Down’, ‘Black Road
Blues’, ‘So Long’, ‘Poor Damned’ en ‘It Ain’t Right’ weten de aandacht
vast te houden. Een ‘luisterconcert’ van grote klasse waarbij de
liefhebbers van traditionele Delta blues en Folksongs volledig aan hun
trekken kwamen. Voor anderen waren zij misschien wel dé verrassing van
de avond! (HL)
Mud
Morganfield & band.
Nadat de vijf koppige band een strakke opening speelt wordt Mud
Morganfield met veel egard het podium op verwelkomt. En werkelijk wat
een geweldige performer, strak in velours blauw jasje en dito schoenen
gaat het gas meteen erop. Wie even aan wat rust toe was heeft pech,
tijdens ‘Call You On The Phone’ laat hiervoor geen ruimte. Meteen
swingt t helemaal met deze onvervalste Chicago blues. ‘Baby Please
Don’t Go’ en ‘Blues in my Shoes’ laat in mijn ogen zien dat deze
fantastische artiest het helemaal niet nodig heeft om hem met zijn
beroemde vader te vergelijken maar een klasse apart is. Mud daagt zijn
harpspeler Sam regelmatig uit voor wat extra……….. Wel een heel grappig
moment is als Mud twee dames uit het publiek het podium opvraagt en
verloot een gesigneerde CD voor wie het beste danst. Uiteraard mogen
deze beide geluksvogels met de buit naar huis. En met de layback
uitvoering van Etta James haar nummer “I Just Want To Make Love To You’
is het voor mij tijd om weer van zaal te wisselen. Maar wat een
geweldig optreden is dit van Mud Morganfield en begeleid door zijn
super swingende band. (JB)
Heritage
Blues Orchestra.
En dan zitten we in de pluche zaal klaar voor wat haast wel lijkt de
klapper van de avond. Vier koperblazers, een drummer, een harpspeler en
twee gitaristen en leading lady staan klaar. Moeilijk in te schatten
wat we kunnen verwachten maar met een Gospelachtige opening klinkt door
de zaal een devotie voor de muziek, wat een kippenvel moment voor velen
die het hebben mogen mee maken. ‘Hard Times’ lijkt dit gevoel alleen
maar te vergroten. Het tempo word geleidelijk opgevoerd, steeds
doordrenkt met de vreugde van deze negen koppige band voor het maken
van muziek. Het lijkt zowaar wel of er een vloedgolf van muzikale
heerlijkheid door de zaal stroomt, het publiek is beurtelings zwaar
onder de indruk als wel laaiend enthousiast. ‘Don’t Ever Let Nobody
Drag Your Spirit Down’ is een haast wel soepel samenspel van
uitstekende stemgeluid, samengevoegd met harpspel, koperblazers en
drum. John Hendrix was geweldig trots dat hij deze ongelofelijke top
band heeft kunnen contracteren en geheel terecht. Wie nog niet bekend
is met Heritage Blues Orchestra mag zeker bij de volgende gelegenheid
om ze te ervaren zeker niet laten voorbij gaan. Met twee nominaties
voor beste blues album en beste traditionele blues album een ware parel
in de blues scene. (JB)
Hootenanny
Jim.
De laatste act in het Theatercafé was Hootenanny Jim, een band rondom
multi-muzikant Ad van Meurs. Met zijn zoon Dylan op de drums,
echtgenote Ankie in de zaal achter de knoppen en soms ook achter haar
stembanden want ze zingt op sommige nummers mee, lijkt het wel een
‘gezins project’. Hun vrienden Erwin Verlangen op leadguitar en Wim van
den Hout op bas completeren de band die verantwoordelijk was voor een
pot gruizige blues, lekkere rock ’n roll, maar ook melodieuze
folksongs. Vanaf het begin wist de band de stemming er goed in te
brengen…en ook te houden! Of dat nu met ‘flauwekul’ liedjes was, zoals
Ad zelf ‘Slapjanus Blues’ en ‘Easy Riders van de Peel’ noemde, of met
het meer serieuze werk zoals ‘You Never Knew’ (BB King), ‘Waiting
Blues’, ‘Laundry Days en ‘’Junior Wailing’, het maakte hen niks uit,
alles werd vol overgave gebracht. Het flitsende, stevige gitaarspel van
Erwin Verlangen drukte op vrijwel iedere song zijn stempel, maar toch
klonk het als een eenheid waar bij het speel plezier vanaf spatte. Deze
“Easy Riders van de Peel” weten wel een feestje te bouwen. Een prima
optreden, dat later nog een vervolg kreeg in de traditionele
afsluitingsjam. (HL)
Busker Remco van de Vorst.
Hij wordt wel eens de Bob Dylan van Sittard genoemd, een titel waar
deze ‘echte’ straatmuzikant best wel trots op is.
Op een strategisch punt, dat hoef je straatzangers niet te leren, staat
Remco van de Vorst. Spelend op zijn akoestische gitaar vermaakt hij de
passanten die van de ene zaal naar de andere onderweg zijn. Velen
houden even halt om te genieten van bekende nummers van Bob Dylan en
andere protest zangers die hij in zijn repertoire heeft. Remco is
duidelijk blij met de aandacht die hij krijgt en zeker als men ook nog
een geldelijke bijdrage in zijn gitaarkoffer deponeert. (HL)
James Harman & Band ft. Enrico Crivellaro. Voor zijn optreden in Heerlen stelde James Harman een super band samen die bestond uit Gene Taylor op de zwart/witte toetsen, Nico van Hove op staande bas, Bird Stevens op de drums en als special guest niemand minder dan Enrico Crivellaro op de gitaren. Tja, je hebt connecties of niet. Zij waren de laatste band in een volle Limburgzaal en voor de ogen van een enthousiast publiek ontrolde zich een heerlijke onderhoudende show van hoogwaardige blues, rock ’n roll, en soul. James Harman kan uit een enorm groot arsenaal songs putten en blijkt naast een fantastische mondharmonicaspeler/zanger ook een geboren showman te zijn. In Gene Taylor vond hij zijn partner in crime en beiden vermaakten het publiek en zichzelf met vrolijke fratsen, maar wel van hoog muzikaal niveau. James bracht vocaal o.a. "Crap Shooter" en "Helsinki Laundromat Blues" ten gehore, maar liet ook Gene Taylor bijdragen leveren met: " Jump For Joy”, “ Rainin' In My Heart” (Slim Harpo), “The Twist” (Hank Ballard) en “Down The Road A Piece". Een glansrol was weggelegd voor Enrico Crivellaro, die gekleed in een outfit dat in de seventies het handelsmerk van the Rubettes was, de ene na de andere flitsende solo losjes uit de mouwen van zij witte pak schudde. Ook Ronnie Boysen (Mud Morganfield Band), werd op het podium geroepen en mocht soleren op "Taylor Made Woman". (HL)
Jamsessie.
Aan alle goede dingen komt een einde maar wij mogen nog in het
theatercafé genieten van de jamsessie. Na een toch op en neer geloop
van zaal tot zaal om maar niets te willen missen is net Khalif samen
met Mathieu Pesque muzikaal aan het stoeien. Stevige blues rock geeft
Khalif toch nog de gelegenheid om zijn playlist af te werken, helaas
was daar geen tijd meer voor tijdens het reguliere optreden. Mede door
het uitstekende harpwerk van Pesque is dit een mooi staaltje jammen.
Wat minder vond ik de haast timide vertolking van het overbekende ‘The
Thrill Is Gone’. Maar wie ben ik, na zo’n avond vol met kwaliteit
optredens? Heel verrassend is het optreden van jong talent Guy Smeets,
die vooral door harpspeler Mathieu Pesque wordt uitgedaagd om
volledig het dak er af te spelen. En ook al was het misschien de
bedoeling dat Gene Taylor en James Harman nog mee kwamen jammen, helaas
is om 2 uur ‘s nachts dit grandioze feest echt ten einde. (JB)
Het is kenmerkend voor de echte artiesten dat ze vaak en zo lang
mogelijk willen spelen en dat was deze avond ook zo, de show liep
daarbij al gauw een half uur uit en moest noodgedwongen gestopt worden.
Erg jammer, maar begrijpelijk. De 17e editie van the Southern
Blues Night was er eentje om in te lijsten, misschien wel de beste tot
nu toe, in ieder geval eentje waarbij ik vele kippenvelmomenten
beleefde. (HL)
Tekst: Jeannette Bes en Harm Lutke
Foto's: Harm Lutke en Wil Wijnhoven