2022
Southern Bluesnight
Parkstad Limburg Theater, Heerlen (NL) - 19 maart 2022
Recensie van Back to the roots,
Franky Bruneel
Na een onderbreking van twee jaar kon de 24ste editie van het grootste
indoorbluesfestival van Zuid-Nederland eindelijk plaatsvinden. De
line-up was gedeeltelijk een recyclage van die van 2020, toen
meedogenloos gefnuikt door het kleine beestje. Vandaag gold hier in
Nederland trouwens nog het '1G/ Testen voor Toegang-beleid' (wat erop
neerkomt dat je een negatieve coronatest van niet ouder dan 24 uur moet
kunnen voorleggen om toegang tot het evenement te krijgen). Door echter
de capaciteit van de staconcerten in de Limburgzaal te beperken tot 500
personen, hoefde dat niet en voor de zit- en doorloopzalen gold de
beperking niet. Er waren dus een tikkeltje minder toeschouwers dan
gewoonlijk – en dus ook minder inkomsten – maar het siert de
organisatoren dat ze ervoor hebben gekozen om hun bezoekers zo
onbezorgd mogelijk van liveblues te laten genieten.
De Southern Bluesnight heeft drie podia. Behalve de pluchen Rabozaal
met ruim duizend zitjes, is er nog de Limburgzaal (driehonderd zitjes
en minstens evenveel staplaatsen) en het DSM Theatercafé, zeg maar de
ruime foyer van het theater. Precies vanwege de nodige spreiding van de
toeschouwers liep de programmering in de Limburgzaal en de foyer
simultaan. We moesten dus keuzes maken. Ofwel konden we proberen van
elke act iets mee te pikken, maar dan zouden we als een kip met een
losse tand van hot naar her rennen. Ofwel konden we het programma
wikken en wegen en op basis van de evenwichtsoefening tussen
verwachting en inschattingsvermogen een keuze maken. We besloten om
telkens de concerten in de Limburgzaal bij te wonen en neen, die keuze
was absoluut niét hartverscheurend.
Stipt volgens schema mocht de jonge Nederlandse band Harlem Lake om
19.15 u. openen in de Limburgzaal. De spilfiguren in dit collectief uit
Haarlemmermeer zijn zangeres Janne Timmer, gitarist Sonny Ray van den
Berg en toetsenman Dave Warmerdam, naar we vermoeden allen twintigers.
Sinds kort zijn ze naast hun basisbezetting van een trio met
ritmesectie ook te boeken als twaalfkoppige groep met twee
backingzangeressen, een extra gitarist en een blazerstrio met twee
trompetten en een sax. En het was in deze hoedanigheid dat Harlem Lake
hier in Heerlen optrad. Uiteraard putten ze gretig uit hun recente cd
'A Fool's Paradise' en opvallend waren vooral het volwassen,
grootstedelijke gitaargeluid van Sonny Ray en de manier waarop Janne
zich in de songs inleefde. De band maakt veel uitstapjes naar,
bijvoorbeeld, southern rock en poppy soul en daardoor kunnen we hun
muziek niet als pure blues brandmerken. Maar dat hoeft ook niet. Het is
op zijn minst bluesy, gevoelsvolle muziek, professioneel en kwalitatief
gebracht door jonge mensen met een muziekhart dat op de juiste plaats
zit. Eén bemerking echter: Volgens ons zaten de blazers een tikkeltje
te zwak in de mix om echt ondersteunend te zijn. We hadden ze liever af
en toe in een glansrol gehoord.
Vervolgens trokken we naar de Rabozaal voor wat een eerste hoogtepunt
van de avond werd: Malford Milligan & The Southern Aces. In
onze concert- en festivalverslagen hebben we het doorgaans niet echt
begrepen op oeverloze opsommingen van namen en songtitels, omdat dat
volgens ons niet zo heel veel aan de inhoud bijdraagt. Maar nu moeten
we toch een uitzondering maken, want door de bezetting van die Southern
Aces te vermelden, geven we een beetje kenner als u vast een idee van
hoe coherent diversiteit kan klinken. Daar gaan we: Jack Hustinx
(akoestische gitaar en zang), Roel Spanjers (piano en Hammond),
Normaal-drummer Fokke de Jong, bassist Roelof Klein en Eric van
Dijsseldonk op elektrische gitaar. Zij samen vormen het kruim van de
Nederlandse blues- en rootsmuziek. En Malford is nog steeds de Texaanse
soul- en 'roots'-zanger met de longinhoud van een XL-blaasbalg, een
kampioenenlarynx en de behoefte om zijn maatschappijkritische
hersenspinsels kunstig te verpakken in songs die tegelijk teder maar o
zo krachtig zijn. Malford zong hier niet alleen songs uit de recente cd
'I Was A Witness' maar greep net zo goed terug naar de titelsong uit
'Sweet Cherry Soul' uit 2002. “In Amerika hebben we de vrijheid om
noodzakelijke medicijnen niet te kopen als ze te duur zijn”, zei hij in
de aankondiging van 'Freedom Ain't Free'. “En als we de huur niet
kunnen betalen, hebben we de vrijheid om als dakloze door het leven te
gaan. We hebben zoveel vrijheid dat we niet weten wat we ermee moeten
aanvangen.” Door merg en been sneed hij, maar u kunt zich wel
voorstellen dat Malford hiermee absoluut de onverdeelde aandacht van
zijn publiek scoorde. En in dat publiek bleken veel trouwe fans te
zitten. Er werden verzoeknummers (zoals 'I'm Worried) aangevraagd... en
sereen meegezongen. Prachtig!
Met Alabama Mike in de Limburgzaal kregen we vanavond voor de eerste
keer de pure variant van de blues te horen. Deze tournee met de Franse
band Soul Shot (onder leiding van drummer Fabrice Bessouat) was zijn
Europese debuut. Ach, de man heeft wel wat. Hij kan heel indringend
kijken, twee joekels van gouden tanden zorgen voor een verblindende
weerkaatsing van het rijkelijke podiumlicht en hij beweegt met een
sierlijkheid die, hoe vreemd dat ook is, alleen maar donkere mensen
kregen toebedeeld. Hij heeft enkele leuke cd's (waarvan 'Upset The
Status Quo' de recentste is en hij trapte meteen af met de titelsong
eruit) en hij heeft enkele Blues Music Award-nominaties op zak. Maar
eerlijk gezegd begrijpen we de commotie rond deze man niet zo goed.
Zijn songkeuze is okay. Hij putte o.a. uit het repertoire van Lightnin'
Hopkins en bracht een funky versie van 'Think', maar – hoe zullen we
dit nu zeggen? – euh... kijk... beluister dit nummer eens in de
originele versie van Jimmy McCracklin en u zult het begrijpen. U zult
de overeenkomst in de stemmen horen (hoog maar net geen falset) en
daarom zal het u duidelijk worden waarom Mike voor een song als deze
koos. Maar bij Jimmy McCracklin hoort u een krachtige en toonvaste
zanger, met emotie en een mooi vibrato in de stem. En daar is Alabama
Mike nu niet het sterkste afkooksel van. De brave man begeleidt
zichzelf op harmonica en dat gaat hem zelfs nog minder af. Het deed ons
aan de woorden van Rod Piazza denken, die ons ooit zei: “Er zijn heel
veel mensen die op een harmonica spelen, maar er zijn o zo weinig
harmonicaspelers.” De Franse band speelde strak en degelijk maar
Alabama Mike zelf steeg hier niet boven de middenmoot uit.
Toevallig of niet, maar ook het tweede hoogtepunt van deze editie
speelde zich af in de Rabozaal. Dat gebeurde tijdens het optreden van
John Primer & The Real Deal Blues Band. Een jonge knaap van
pakweg veertien kwam op de eerste rij zitten en bewoog heel enthousiast
mee op het ritme van de puurste Chicagoblues die u zich maar kunt
voorstellen. Duidelijk geamuseerd door de jongen gooide harmonicaspeler
Steve Bell (zoon van Carey) hem een harmonica toe. En het doosje om die
erin weg te bergen. De knaap glunderde en van zodra het nummer was
afgelopen, riep hij John Primer toe: “Hey John... mag ik alstublieft
meespelen? Ik kan echt spelen. Mag ik? Please...” Primer legde uit dat
hij zijn optreden niet zomaar kon onderbreken, maar daar nam de jongen
geen vrede mee. Toen John vroeg of hij zijn gitaar bij had, zei de
jongen dat dit niet het geval was, maar dat hij wel op die van John zou
spelen. Bij het publiek ontstond hilariteit en een aantal toeschouwers
riep: “Komaan, John! Geef hem een kans!” Primer antwoordde: “I need a
break” waarmee hij bedoelde dat hij er even wou over nadenken. Maar de
jongen had blijkbaar een letterlijke vertaling gemaakt, ervan uitgaand
dat John aan een pauze toe was. Vliegensvlug sprong hij het podium op,
klaar om Johns gitaar te omgorden. Een verbaasde John Primer probeerde
er nog onderuit te komen door te zeggen dat de gitaar op een speciale
manier was gestemd, alsook zijn twee andere gitaren. “Geeft niet”, zei
de jongen, die Luca bleek te heten. “Ik ga gewoon net als jij 'in the
key of E' spelen.” John overhandigde hem zijn rode Epiphone en de band
zette een standaard midtempo Chicagoblues in. Luca begon mee te spelen
en op dat moment vielen pakweg 900 monden open van verbazing. Dat
knulletje speelde gewoonweg fantastisch en viel geenszins uit de toon.
John Primer zei: “Nou, volgens mij klinkt dit als de blues” en hij
zette vocaal de tekst van John Lee Hookers 'I'm In The Mood' op de
muziek. Luca schitterde gewoonweg. “Dit is de toekomst van de blues”,
zei Primer na afloop. Diep onder de indruk en echt gemeend. De
maturiteit waarmee Luca speelde, deed ons vermoeden dat hij veel ouder
was dan hij eruitzag. We vroegen het hem en verlegen zei hij: “Euh...
ik ben twaalf...” Respect, Luca!! En uiteraard ook respect voor John
Primer die op 77-jarige leeftijd zijn muziek nog steeds met dezelfde
energie en gedrevenheid vertolkt. Zoals steeds bestond zijn set uit een
mix van eigen werk en klassiekers. Muddy Waters en Magic Slim waren
weer dichtbij. Heel dichtbij. Een optreden van John Primer levert voor
liefhebbers van Chicagoblues steeds weer een verademing en dat
hartverwarmende thuiskomgevoel op. En voor wie het weten wil, de
bassist van dienst – heel strak en ondersteunend trouwens – was deze
keer Darryl Wright, een doorgewinterde freelancer uit de Chicagoscene
die u misschien ooit al eens bij James Armstrong of Nigel Mack heeft
gezien.
Deze toch wel weer zeer aangename bluesavond sloten we af in de
Limburgzaal met Chris Bergson & Ellis Hooks. Nu willen we ons
geenszins bezondigen aan op drijfzand gebaseerde verdachtmakingen maar
toch kunnen we ons niet van de indruk ontdoen dat de kok drie carolina
reapers in het avondmaal van Hooks heeft gedraaid en hem een vierde als
zetpil heeft toegediend. Ook hebben we nog nooit overwogen om eens een
tenniswedstrijd te gaan zien, maar nu zijn we er zeker van dat we dat
ook nooit gaan doen. Als een stuiterende tennisbal vloog Hooks continu
van links naar rechts, van rechts naar links, van links naar rechts en
van rechts naar links. Wanneer je als toeschouwer ergens in het midden
staat, krijg je daar al snel een onbedwingbare nekkramp van. Om maar te
zeggen dat de soulzanger uit Alabama zijn verbeten energie verpakte in
een hyperkinetisch gedoe dat werkelijk alle aandacht van de muziek
afleidde. De kunst van 'tension and relief' leek hij niet echt te
snappen en dat is jammer. Zijn kompaan voor deze gezamenlijke tournee,
de jazzgeschoolde allround-bluesgitarist Chris Bergson uit New York,
deed nochtans zijn stinkende best om een spits staaltje gitaartechniek
te etaleren en eigenlijk was deze bijzonder sympathieke gabber best wel
genietbaar. Op zijn cd 'Live At Jazz Standard' uit 2013 was Ellis Hooks
op enkele nummers te horen en sindsdien ontstond er een hechte
vriendschap tussen de twee. Die resulteerde in de live-dvd 'Live In
Normandy' uit 2019, toen een Franse band het duo zeer adequaat
begeleidde. We hebben achteraf enkele fragmenten herbekeken en daarbij
zijn ons twee dingen opgevallen. Eén, hier in Heerlen stond dezelfde
bezetting op het podium, dus zijn die jongens hun twee broodheren wel
genegen. Maar twee, wil u dit collectief in optimale omstandigheden
zien, dan is die live-dvd een goede keuze. De eerlijkheid gebiedt ons
te zeggen dat een deel van het publiek de energie van dit concert wél
oppikte en dat Bergson en Hooks de idee ontkrachtten als zou
bluesmuziek mak en tam zijn. Wij geraakten op dit late uur, het
schurkte inmiddels al tegen enen aan, niet echt meer in overdrive... De
Southern Bluesnight 2022 was misschien niet de allersterkste editie,
maar in elk geval hebben we genoten van Harlem Lake, Malford Milligan
en John Primer. En het moment met de kleine Luca staat gebrandmerkt in
het collectief geheugen van al wie het heeft mogen meebeleven. Het zijn
zo van die kleine dingen die een mens zijn leven lang meedraagt en die
steevast boven komen bij mijmeringen of brainstorms over de toekomst
van de blues...
Recensie van Back to the roots.