top

poster

poster

poster

poster

poster

poster

poster

poster


2024

-------------------------------------------------------------------------
Southern Bluesnight Parkstad Limburg Theater, Heerlen (NL) - 16 maart 2024

Recensie van Franky Bruneel


"We hopen dat iemand met kennis van zaken het werk van John Hendrix zal verderzetten", schreven we vorig jaar aan het eind van ons verslag over de Southern Bluesnight in het Nederlandse Heerlen.
Niet dat we erg ongerust waren hoor, want bij de stichting Southern Blues Promotion zitten wel meer mensen die weten hoe ze binnen een gelimiteerd budget een gevarieerd en zo kwalitatief mogelijk bluesprogramma moeten samenstellen.
John kwam op deze 26ste editie trouwens ook zelf poolshoogte nemen van hoe 'zijn' bluesfestival in het mooie Parkstad Limburg Theater verder zou evolueren.
En met ongeveer 2.000 bezoekers was het in de drie zalen zoals vanouds weer gezellig druk... We moeten alleen voor zowel tekst als beeld instaan en kunnen niet op alle plaatsen tegelijk zijn.
Daarom beperken we onze verslaggeving tot de hoofdmoot.
En dat is wat er zich afspeelt in de twee grote zalen: de (staande) Limburgzaal – voor de gelegenheid omgedoopt tot Groovetime Stage – en de (zittende) pluchen Rabozaal.

Stipt om 19.00 u. openen op de Groovetime Stage de Oostenrijkse Meena Cryle & The Chris Fillmore Band de feestelijkheden.
Chris, een zeer degelijke gitarist, zet Freddie Kings 'Hideaway' in en al heel snel daarna komt Meena erbij om de klassieke instrumental van een tekst te voorzien.
Daarna krijgen we een nummer dat gitaristisch als twee druppels water lijkt op Guitar Slims 'The Things I Used To Do' maar een totaal andere tekst krijgt.
Vrijwel hele concert verloopt volgens dit stramien. Elk nummer is wel ergens een doorslagje van.
Als zangeres heeft Meena ons nog nooit echt overtuigd. We blijven hopen dat ze ooit eens werk maakt van een correcte uitspraak van het Engels.
Haar vreselijke accent – vooral in de bindteksten – fnuikt elk tikkeltje authenticiteit dat schuchter om de hoek komt piepen...

Drie kwartier later presenteert Reverend Shawn Amos zich aan een tot de nok gevulde Rabozaal.
We kennen hem als een strak-in-het-pakke gentleman maar hier zit hij diep verscholen in een veel te grote slobbermuts.
Hij draagt een tuinbroek en werkschoenen. Onder zijn ribfluwelen jasje zit niets meer dan zijn onderlijfje.
Met veel 'swag' beweegt hij over het podium: zelfverzekerd en stoer, maar ook wel een beetje met een gespeelde 'I don't give a shit'.
Amos kondigt zijn nieuwe cd 'Revelation' aan en brengt een liedje over hoe bangelijk de liefde kan zijn.
Hij lijkt zijn muziek aan te passen aan zijn nieuwe imago, steeds verder van de blues weg, en met veel invloeden van rap, reggae, pop en underground.
Hij declameert zijn teksten eerder dan hij ze zingt en op harmonica is hij vrij beperkt.
Willie Dixons 'Spoonful' zingt hij door zijn bullet mike, en vanwege de overmatige distorsie klinkt hij quasi onverstaanbaar.
Een gedeelte van het publiek kan dit best wel pruimen.
Wij vinden het typetje dat hij neerzet wel leuk, maar muzikaal zijn we ervan overtuigd dat er vanavond nog veel beter op ons afkomt.

Lang hoefden we gelukkig niet te wachten op die verhoopte beterschap.
In de Limburgzaal staan B.B. & The Blues Shacks garant voor een stevige portie Deutsche Gründlichkeit.
Tachtig jaar geleden zouden we misschien wat voorzichtiger zijn geweest in onze bewoordingen, maar nu is het wellicht geen probleem als we stellen dat de Duitsers kwamen, zagen en overwonnen.
Met traditionele swingende westkustblues zorgen de broertjes Arlt voor een eerste hoogtepunt.
Michael is een degelijke zanger en een eersteklas harmonicaspeler, Andreas speelt trefzeker en beredeneerd gitaar. Samen demonstreren ze wat bluesliefhebbers op een bluesfestival willen horen. Juist ja! Blues! Maar zelfs wanneer ze variëren richting rhythm-and-blues, zoals in Ray Charles' 'That's A Lie', blijft hun geloofwaardigheid fier overeind. Na dertig jaar en 4.000 concerten op de teller horen B.B. & The Blues Shacks nog steeds bij de top van de Europese bluesbands.

Het is 21.30 u. en we nestelen ons in een pluche Rabo-zitje voor de Britse Kitty Liv.
Kitty is één derde van het trio Kitty, Daisy & Lewis.
Broer Lewis doet trouwens mee op bas, Kitty's lief is de drummer.
Kitty is solo gegaan, brengt in juli haar eerste cd uit en geeft ons vandaag al een voorproefje.
Ze ziet er geweldig uit, speelt voortreffelijk gitaar en zingt behoorlijk.
Ze heeft talent voor funk, en etaleert dat in bijvoorbeeld 'I Got My Neck On The Line'.
Een beetje brutaal is ze ook soms.
Zo kondigt ze het nummer 'Lately' aan als "a song about a shitty boyfriend I used to have".
Qua zang doet Kitty ons ietwat aan Amy Winehouse denken, vanwege de staccato middenin de woorden.
Haar rasp is echter veel minder scherp.
In de cover 'Money' van The Beatles bevestigt miss Liv wat we al langer wisten, met name dat Britten goed zijn in het arrangeren van muziek die geen blues is, op een zodanige doordachte manier dat wie van blues houdt, misschien enkele raakvlakken vindt.

Een uurtje later staan we alweer paraat in de Limburgzaal.
We waren er als jurylid bij, in januari 2023, toen The Cinelli Brothers tweede werden op de International Blues Challenge in Memphis.
En hoezeer we toen onder de indruk waren van hun meerstemmige zang en hun multi-instrumentalisme, we waren tot dusver nog niet in de mogelijkheid geweest om hen terug aan het werk te zien.
De broertjes Alessandro en Marco Cinelli zijn van Italiaanse komaf.
Marco speelt keys, Hammond en gitaar, Alessandro is de drummer.
Tom Julian Jones komt uit Londen en speelt gitaar en harmonica.
De Franse Stephen Giry speelt bas en gitaar.
Alle vier de groepsleden zingen, soms beurtelings de lead, vaak meerstemmig in close harmony.
Hun sound is werkelijk uniek, hun muziek is veelomvattend.
Dit is blues, soul, gospel en nog zoveel meer.
Ook hier nemen de Cinelli's ons mee in hun rollercoaster die ons van de ene verbazing in de andere doet vallen.
In 2022 werden ze tot beste bluesband van het Verenigd Koninkrijk gekroond.
Wij vinden hen in alle eerlijkheid het beste wat Europa vandaag te bieden heeft.
Naar onze smaak is hun show het hoogtepunt van de Southern Bluesnight 2024.

Ook de Canadese singer-songwriter Matt Andersen scoort goed bij het publiek.
Enkel gewapend met een stem als een klok, een akoestische gitaar en een flesje Spa blauw op een barkruk pletwalst hij de bomvolle Rabozaal compleet murw.
Zijn liedjes zijn uit het leven gegrepen, zijn zang is rauw en intens, zijn gitaarspel is virtuoos.
Soms lijkt het wel alsof er twee gitaristen tegelijk aan het werk zijn want Matt slaagt er meermaals in om ritme en lead tegelijk te spelen.
En op de juiste momenten zet hij kracht bij door zijn snaren als een bezetene te geselen.
Dan gaan de toeschouwers uit hun dak, maar bij de break en enkele goedgekozen woorden wordt het weer ijzingwekkend stil in de zaal, want iedereen wil alles horen.
Matt weet dat dit een bluesfestival is en speelt ook enkele bluesnummers.
Hij kan het wel hoor, maar in de eerste plaats blijft hij een singer-songwriter. Een hele goeie, dat wel.

Het is al na middernacht wanneer Tad Robinson op de Groovetime Stage in de Limburgzaal mag afsluiten.
Met de Duitse Özdemirs, aangevuld met twee blazers en de Italiaanse Hammondspeler Alberto Marsico heeft de soul- en blueszanger uit New York een prima begeleidingsband.
Opvallend is hoe gitarist Kenan Özdemir is gegroeid.
Als muzikant bedoelen we, uiteraard.
Tad heeft een prima stem en begeleidt zichzelf adequaat op harmonica.
We houden wel van zijn verhalende soulstijl maar op dit late uur is het niet eenvoudig om de aandacht scherp te houden, zeker omdat het gros van de nummers op een gezapig tempo blijft drijven.
We missen wat krachtige uithalen, piekmomenten en/of verrassingen.

De 26ste Southern Bluesnight zit erop. Het was een mooie en gevarieerde editie die misschien een tikkeltje te nadrukkelijk de aan blues verwante muziekstijlen in de verf zette in plaats van de blues zelf.
Toronzo Cannon en Sean 'Mack' McDonald toeren op dit moment door Europa.
Enkele traditionele Afro-Amerikaanse bluesmuzikanten hadden hier absoluut niet misstaan.
Maar hey, alle respect voor de keuze van de programmeurs.
De sfeer zat goed en we komen volgend jaar graag terug!

Franky Bruneel